Laat de toekomst van het Zuidstation niet in handen van vastgoedspeculanten
Er zijn grote vastgoedmaneuvers op touw rond het Zuidstation. De NMBS is van plan haar nieuwe hoofdzetel onder te brengen in het vroegere Postsorteercentrum. Het welbekende gebouw in gele baksteen staat aan de ‘Sint-Gillis-kant’ van het Zuidstation.
Op het eerste zicht biedt dit project wel enkele voordelen: een emblematisch gebouw dat al twintig jaar lang aan het verkommeren is, wordt gerenoveerd, het comfort van de treinreizigers en -reizigsters wordt verbeterd, de NMBS creëert een aangenaam werkkader voor haar werkneemsters en werknemers en rationaliseert haar vestigingen. Maar, ondanks de aantrekkelijke verpakking speelt het project eerder in op een speculatieve drang.
Het project steunt op een akkoord tussen de NMBS en een consortium van grote spelers: Immobel, Besix en BCP/BPI. Deze vastgoedontwikkelaars verbinden zich ertoe om de nieuwe hoofdzetel te bouwen in ruil voor de overdracht van gronden en gebouwen van de NMBS rondom het Zuidstation. Sommige van deze gebouwen zijn nog geen twintig jaar oud. De ontwikkelaars willen ze met de grond gelijk maken om er luxewoningen of kantoren te bouwen.
De nieuwe hoofdzetel betekent niet alleen een renovatie van het Postsorteercentrum maar ook een massieve verhoging van het gebouw. Bovenop zou een volume van 60 m hoog op 236 m lang geplaatst worden voor 30.000 m2 bijkomende kantooroppervlakte. Zo wordt de wijk een groot stuk zicht op de hemel ontnomen. En dat wordt niet gerechtvaardigd door het samenbrengen van alle werknemers van de NMBS in één gebouw, maar wel door er restaurants, fitness- en conferentiezalen, en een hotel aan toe te voegen.
Wie wat verder kijkt dan dit project stoot op de impact van de onderfinanciering van de NMBS. Door een gebrek aan overheidsmiddelen moet de spoorwegmaatschappij haar grond en vastgoed inzetten om geld te vinden. Tijdens een interpellatie in de Kamer kaatste Federaal Minister voor Mobiliteit Gilkinet de bal terug: het dossier werd gelanceerd in 2017, voor hij zijn mandaat opnam, en dus komt hij hier op geen enkele manier in tussen.
Het dossier is bijgevolg in handen van het Brussels gewest dat bevoegd is voor het afleveren van de stedenbouwkundige vergunning. Maar, de plannen voor de nieuwe hoofdzetel druisen op verschillende vlakken in tegen de stedenbouwkundige reglementering: maximale hoogte, mobiliteit, bestemming van de gebouwen, enz. Eerder dan een toepassing heeft de regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een aanpassing van deze reglementering voor ogen, en dit aan de hand van het Richtplan van Aanleg (RPA) ‘Zuid – Woonvriendelijk station’. Het RPA Zuid voorziet een verregaande bijstelling van de bestemming en afmetingen van de gebouwen in de Zuidwijk, wat exact overeenstemt met de ambities van de NMBS en de vastgoedontwikkelaars: nieuwe torens en een hoge densiteit. Om deze reden stuit dit RPA, zoals andere RPA’s in Brussel, op hevig verzet bij de mensen die er wonen en het verenigingsleven. Het moet bovendien ook nog verschillende fases van het administratieve en juridische proces tot goedkeuring doorlopen, maar niemand weet of het ooit goedgekeurd zal worden.
Desondanks heeft de NMBS al een stedenbouwkundige vergunning aangevraagd voor haar nieuwe hoofdzetel. In democratisch en administratief opzicht zou het logisch zijn om te wachten tot het RPA Zuid af is. Maar de gewestadministratie heeft al een positief advies gegeven voor de aanvraag van de NMBS, en dit ondanks hevig protest van inwoners, inwoonsters en verenigingen tegen het project. Tijdens het openbaar onderzoek werden bijna 200 negatieve opmerkingen ingediend. Ook de betrokken gemeentes waren niet mals: Sint-Gillis gaf een negatief advies en Anderlecht een zeer kritisch advies.
De bevoegde Minister geeft niet thuis. De Brusselse gewestelijke overheid formuleert een advies dat indruist tegen de eigen regelgeving en de mensen die er wonen links laat liggen. Tegenstrijdige beslissingen op nationaal, regionaal en gemeentelijk niveau door de meerderheidspartijen en dus mensen uit dezelfde politieke partijen. Dat is op zijn minst koren op de molen van de vastgoedspeculanten.
Dit project speelt duidelijk niet in op de noden van inwoners/inwoonsters, werknemers/werkneemsters en reizigers/reizigsters. Zo zouden er in Brussel nog duizenden vierkante meters kantoorruimte bijkomen terwijl er meer dan een miljoen leegstaan. Ook geen sprake van enige openbare dienstverlening voor mensen die in de buurt wonen en mensen die het station gebruiken. Nochtans is de nood hoog: opvangvoorzieningen, medische en sociale dienstverlening voor mensen in precaire levensomstandigheden, openbare toiletten, enz. Hier zien we eerder het tegengestelde: conferentiezalen, hotellerie en restauratie. En dit terwijl het aanbod in de hoofdstad gesatureerd is en de sector de coronapandemie nog steeds niet te boven gekomen is. Grond van de overheid wordt overgelaten aan vastgoedontwikkelaars zonder garantie voor openbare huisvesting, en dat terwijl er een nijpende behoefte aan betaalbare woningen is. Het project is ook een catastrofe op vlak van milieu en levenskwaliteit: recente gebouwen worden afgebroken en gigantische werven staan op touw, nog meer mobiliteitsproblemen, degradatie van het stadspatrimonium, impact op uitzicht en landschap, hogere densiteit en nog meer beton in een wijk die amper over groene ruimtes beschikt… Een stedenbouwkundige vergunning afleveren zonder duidelijke visie op de toekomst van de Zuidwijk en zonder aangepast reglementair kader zal zorgen voor een domino-effect en geeft dus carte blanche aan vastgoedontwikkelaars. Een zeer slechte Brusselse gewoonte.
Er bestaan nochtans alternatieven. De meest recente kantoorgebouwen, van nog geen twintig jaar oud, kunnen behouden worden. Het Postsorteercentrum kan gerenoveerd worden zonder uitbreiding. Op deze twee nabije sites kan de NMBS probleemloos al haar personeel onderbrengen, en wel voor een veel lagere economische en ecologische kost. Maar dit alternatief werd door de NMBS van tafel geveegd, en ook niet overwogen door het Brussels gewest.
Als bewoners en bewoonsters van de Zuidwijk hopen we nog dat het besef doordringt bij de regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, die grip heeft op het afleveren van de vergunning, of bij federaal Minister van Mobiliteit Gilkinet, die aanpassingen kan vragen in het NMBS-project. Als dit niet gebeurt, blijven we vechten tegen dit overbodige en gevaarlijke project, door democratisch en juridisch verzet samen met de Brusselaars, de mensen die het station gebruiken en de werknemers/werkneemsters. We hopen dat de betrokken gemeentes mee in ons verzet stappen, in navolging van de kritiek die ze op het project geuit hebben.
Carte blanche (in het Frans) gepubliceerd in Trends Tendances. Ze werd geschreven door het collectief ‘Midi Moins Une !’ en mee ondertekend door Inter-Environnement Bruxelles (IEB), de Brusselse Raad voor het Leefmilieu (BRAL), Atelier de Recherche et d’action Urbaines (ARAU), Centrum voor Stadsvernieuwing Anderlecht (CRU) et le Comité de Défense de Saint-Gilles (Codes).